Wetsvoorstel : splitsing van vennootschappen

maandag 28 mei 2012

De wettelijke definities van de fusie door overneming (artikel 671 W. Venn.), de fusie door oprichting (artikel 672 W. Venn.), de splitsing door overneming (artikel 673 W. Venn.) en de splitsing door oprichting (artikel 674 W. Venn.) hebben als gemeenschappelijke grondvoorwaarde onder meer de “uitreiking van aandelen” in de overnemende, nieuwe, verkrijgende vennootschap. Zodoende kan er slechts sprake zijn van een juridisch geldige fusie of splitsing indien de overnemende, nieuwe, verkrijgende vennootschap aandelen uitgeeft aan de vennoten van de overgenomen of overdragende vennootschap ter vergoeding van hun inbreng.

Een verrichting die beantwoordt aan de definitie van een fusie of splitsing heeft van rechtswege en gelijktijdig de gevolgen bedoeld in artikel 682 W. Venn. en is tegenwerpelijk aan derden overeenkomstig artikel 683 W. Venn. Het belang hiervan voor de praktijk kan niet overschat worden.

Indien de overnemende of verkrijgende vennootschap zelf reeds aandelen bezit in de overgenomen of overdragende vennootschap, dan worden deze aandelen evenwel niet vergoed met nieuw uitgereikte aandelen (artikelen 682, in fine; 703, § 2, 1°; 717, § 2; 726, 1°; 740, § 2, 1° en 756, § 2 W. Venn.), aangezien de overnemende of verkrijgende vennootschap anders aandelen in zichzelf zou moeten uitgeven aan zichzelf.

Bijgevolg geeft een “fusie”, waarbij de overnemende vennootschap alle aandelen van de over te nemen vennootschap aanhoudt, geen aanleiding tot de uitgifte van nieuwe aandelen van de overnemende vennootschap (aan de vennoot van de over te nemen vennootschap, met name de overnemende vennootschap). Zodoende wordt één van de grondvoorwaarden van het fusiebegrip niet vervuld en is er geen sprake van een fusie. 
Dit heeft als gevolg dat de rechtsgevolgen (artikel 682 W. Venn.) en de erga omnes tegenwerpelijkheid (artikel 683 W. Venn.) van de fusie niet van toepassing zouden zijn op deze “fusie” waarbij de overnemende vennootschap alle aandelen aanhoudt van de overgenomen vennootschap.


 Niettemin hebben de Europese en de Belgische wetgever het belang ingezien van deze verrichting en hebben zij in het verlengde daarvan toch de rechtsgevolgen en de tegenwerpelijkheid van de fusie toepasselijk verklaard op deze vorm van herstructurering. Technisch is dit resultaat bereikt door deze herstructureringsvorm gelijk te stellen aan een fusie. Artikel 676, 1°, W. Venn. bepaalt daarom het volgende: “Tenzij anders bij wet bepaald, wordt met fusie door overneming gelijkgesteld: 1° de rechtshandeling waarbij het gehele vermogen van één of meer vennootschappen, zowel de rechten als de verplichtingen, als gevolg van ontbinding zonder vereffening overgaat op een andere vennootschap die reeds houdster is van al hun aandelen en van de andere effecten waaraan stemrecht in de algemene vergadering is verbonden; […]”.


Meer nog, aangezien de aandelen van zowel de overgenomen als de overnemende vennootschap direct of indirect in handen zijn van dezelfde vennoten en er geen ruilverhouding van de aandelen moet worden bepaald, is de procedure van deze gelijkgestelde verrichting (officieus ook wel eens “geruisloze fusie” of “moeder-dochter-fusie” geheten) danig eenvoudiger dan de “normale” fusie door overneming. Niet alleen zijn er minder minimumvermeldingen op te nemen in het fusievoorstel (artikel 719 W. Venn.). Bovendien en vooral moet er noch een controleverslag, noch een fusieverslag (bestuursorgaan) worden opgemaakt in hoofde van elke betrokken vennootschap. Omwille van deze substantiële lastenvermindering is voormelde verrichting een groot succes in de praktijk.


Gelet op de filosofie van de bovenstaande gelijkstelling, zou men de verwachting kunnen koesteren dat de “splitsing”, waarbij de verkrijgende vennootschap alle aandelen aanhoudt van de overdragende vennootschap, evenzeer juridisch gelijkgesteld zou worden aan een splitsing door overneming en een vereenvoudigde procedure zou kennen. Deze idee wordt trouwens versterkt door de vaststelling dat de Europese wetgever, met in haar zog de Belgische wetgever, terloops voor deze hypothese in afgeslankte vormvereisten heeft voorzien (artikel 20 van de gecoördineerde richtlijn 82/891/EG betreffende splitsingen van naamloze vennootschappen en artikel 736 § 6, W. Venn. zoals ingevoerd door de wet van 8 januari 2012).


Op technisch vlak vertonen de Europese en de Belgische wetgeving evenwel een hiaat doordat dergelijke verrichting — door de ontstentenis van de uitreiking van nieuwe aandelen — niet voldoet aan de grondvoorwaarden van een splitsing door overneming (artikel 673 W. Venn.) en er evenmin wettelijk mee gelijkgesteld wordt. De gelijkstelling met een fusie (artikel 676, 1°, W. Venn.) omvat deze verrichting niet, aangezien er volgens voormeld artikel sprake moet zijn van een overdracht van het “gehele vermogen” (de partiële splitsing — officieel de “met splitsing gelijkgestelde verrichting” — wordt hierdoor uitgesloten) aan een (dus één en niet meerdere) vennootschap die reeds houdster is van alle aandelen (de “volledige” splitsing met twee of meer verkrijgende vennootschappen wordt hierdoor ook uitgesloten). Zodoende wordt deze verrichting niet met een splitsing gelijkgesteld. Bijgevolg kunnen de vormvereisten van artikel 736, § 6, W. Venn. evenmin van toepassing zijn op deze verrichting aangezien deze vormvereisten enkel van toepassing kunnen zijn op juridisch geldige splitsingen, quod non in dit geval.


Niettemin zou het bestaan van deze verrichting een aanzienlijke meerwaarde of minstens de vereiste rechtszekerheid opleveren voor de praktijk.  Het voorbeeld van de met fusie gelijkgestelde verrichting leert bovendien dat dit effect nog zou versterkt worden indien aan de geldigheid van deze verrichting ook nog eens een vereenvoudigde procedure zou gekoppeld worden, zoals in artikel 736, § 6, W. Venn.

Om deze redenen stellen wij voor om de voormelde verrichting gelijk te stellen met een splitsing. Eenmaal de gelijkstelling van voormelde verrichting tot stand is gekomen, kan er binnen het bestaande wettelijke kader meteen gebruik gemaakt worden van een vereenvoudigde procedure, op basis van de volgende overwegingen:
— er kan afgezien worden van de splitsings- en controleverslagen overeenkomstig artikel 734 respectievelijk 731, § 1, in fi ne, W. Venn.;
— de inbrengverslaggeving ex artikelen 313, 423 of 602 W. Venn. herleeft niet bij gebreke aan een inbreng of kapitaalverhoging in hoofde van de verkrijgende vennootschap.


Wij nemen het stramien van de bestaande artikelen 676, 1° en 677 over en houden rekening met de volgende hypotheses, met name:
— de partiële splitsing met één verkrijgende vennootschap, te weten de enige vennoot van de overdragende vennootschap: de overdragende vennootschap houdt niet op te bestaan en wordt niet ontbonden; de rechtshandeling bestaat in de overgang van een deel van het vermogen naar de verkrijgende vennootschap, die houdster is van alle aandelen van de overdragende vennootschap;
— de volledige splitsing met twee of meer verkrijgende vennootschappen, waarvan één de enige vennoot van de overdragende vennootschap is: de vennootschap wordt ontbonden zonder vereffening en houdt op te bestaan, waarbij de overgang van een deel van het vermogen naar de vennootschap die houdster is van alle aandelen van de overdragende vennootschap, slechts een deel van de rechtshandeling is;
— de partiële splitsing met twee of meer verkrijgende vennootschappen, waarvan één de enige vennoot van de overdragende vennootschap is: de overdragende vennootschap houdt niet op te bestaan en wordt niet ontbonden, waarbij de overgang van een deel van het vermogen naar de vennootschap die houdster is van alle aandelen van de overdragende vennootschap, slechts een deel van de rechtshandeling is.

Karel UYTTERSPROT (N-VA) 
Zuhal DEMIR (N-VA) 
Sophie DE WIT (N-VA) 
Veerle WOUTERS (N-VA) 

WETSVOORSTEL 

Artikel 1 : 

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.

Artikel 2 :

Artikel 677 van het Wetboek van vennootschappen, waarvan de bestaande tekst paragraaf 1 zal vormen, wordt aangevuld met een paragraaf 2, luidende:

 “§ 2. Worden met een splitsing door overneming, waarbij de overdragende vennootschap al of niet ophoudt te bestaan overeenkomstig § 1, gelijkgesteld, de rechtshandelingen die er in bestaan dat of waarbij een deel van het vermogen van de overdragende vennootschap, zowel de rechten als de verplichtingen, al of niet als gevolg van een ontbinding zonder vereffening, overgaat op een andere vennootschap die reeds houdster is van al de aandelen van de overdragende vennootschap en van de andere effecten waaraan stemrecht in de algemene vergadering is verbonden.”

20 maart 2012
Karel UYTTERSPROT (N-VA) 
Zuhal DEMIR (N-VA) 
Sophie DE WIT (N-VA) 
Veerle WOUTERS (N-VA)

Comments

0 Responses to "Wetsvoorstel : splitsing van vennootschappen"

Een reactie posten

Karel Uyttersprot (soms) On Twitter

Goeie Vlaamse Twitteraars

De verandering begint in Denderbelle - Lebbeke - Wieze

 

DENKEN–DURVEN–DOEN




Dagelijks worden wij geconfronteerd met de problemen en zorgen van ondernemers, medewerkers, werkzoekenden, ... Dit zette mij aan het denken.

In plaats van langs de zijlijn te blijven staan, heb ik een boeiende job opzij gezet om via de politiek mee te timmeren aan een beleid van durven.

Als oplossing om uit de puinhoop te geraken, ben ik van oordeel dat een grondige staatshervorming dringend nodig is om zo de problemen, zoals een drastische hervorming van justitie, werkgelegenheid en jobs, echt betaalbare pensioenen, veiligheid en ondernemerschap, ... aan te pakken.
Dit wil ik doen.

Berichtenarchief