Voka stage Karel Uyttersprot bij Vondelmolen - Lebbeke

donderdag 30 augustus 2012

Voka stage Karel Uyttersprot bij Vondelmolen Lebbeke 

Karel Uyttersprot, volksvertegenwoordiger, loopt stage bij Vondelmolen Lebbeke (27-08-2012). Ieder jaar organiseert Voka-Vlaams Economisch Verbond, een stage voor parlementariërs.

Foto de heer Jan Borms, zaakvoerder samen met Karel Uyttersprot

Knack : de Goed Nieuwsshow van de regering

woensdag 29 augustus 2012

Je kan er niet meer rond: De Goed Nieuwsshow van de regering ! Di Rupo zwijgt oorverdovend. De boodschapper neergeschoten. Die gemakzucht wreekt zich nu. De federale regering zit in haar zetel. Johan Van Overtveldt vat het allemaal goed samen (in Knack):



De omerta van Di Rupo I

woensdag 29 augustus 2012 om 05u45

Recessie, begroting, Dexia, elektriciteitsvoorziening, kosten van de vergrijzing: de realiteit versus de Goed Nieuwsshow van de regering.


De raderen van het regeringswerk draaien nog maar pas terug maar de patronen die overheersten voor het zomerreces zijn al onmiddellijk terug herkenbaar. De regering Di Rupo I wil enkel horen van een klaterende goed nieuwsshow. Ontwikkelingen die niet passen in het pr-kraam van de regering worden achter slot en grendel gestoken en oh wee diegene die het slot forceert. Een omerta, als het ware.

21 augustus 2012 : Jaarmarkt Belle

maandag 27 augustus 2012




Op campagne op Belle Jaarmarkt: goeie sfeer; goed weer,
een lekkere pint af en toe, meer moet dat niet zijn.

Karel en Goedele kandidaat N-VA in Groot-Lebbeke,

Gespreksavond rond lokale economie te Eeklo

zaterdag 25 augustus 2012

Karel was op 23.8.2012 gastspreker op uitnodiging van N-VA Eeklo, rond het thema  "lokale economie".
Naast een toelichting over de N-VA standpunten, was er ruim de tijd voor discussie met ondernemers en zelfstandigen. 

Dit bracht alleszins een aantal interessante ideeën naar voor die zullen opgenomen worden in het verkiezingsprogramma van N-VA Eeklo maar ook de moeite waard zijn voor andere gemeenten.

Over de Gordel

vrijdag 24 augustus 2012

Gezien in Terzake (VRT)



Sint-Genesius-Rode zegt neen tegen De Gordel

De gemeenteraad van Sint-Genesius-Rode heeft de beslissing van het schepencollege bekrachtigd om dit jaar geen toelating te geven aan de organisatoren van De Gordel om in de gemeente een start- en aankomstplaats in te richten. Vlaamse actievoerders reageerden woedend.

Volgens de Franstalige meerderheid kost De Gordel handenvol geld en leidt het evenement tot grote overlast in de gemeente. De Vlaamse schepen Anne Sobrie (CD&V) betwist dat en beschouwt de beslissing als een pesterij door de Franstaligen.

De gemeenteraad vanavond verliep zeer woelig. Woedende Vlaamse militanten scholden de gemeenteraadsleden uit. Enkele heethoofden werden door de politie de raadszaal buitengezet, onder wie ook Kamerlid Bart Laeremans (Vlaams Belang). Militanten van het Taal Aktie Komité (TAK) metselden symbolisch de ingang dicht van het Gordelsecretariaat, tegenover het gemeentehuis.

Waardig Afscheid nemen

donderdag 23 augustus 2012

Met genoegen vernemen wij de gemeente Lebbeke een luifel plaatst op het gemeentelijke kerkhof.

Dit is de realisatie van een N-VA voorstel van juni 2008 (zie bericht van 8.6.2008 van de raadsleden Goedele Uyttersprot en Marcel Vermeir (+)).

In Denderbelle werd dit reeds uitgevoerd. Wij hopen dat een dergelijke luifel, zoals beloofd, ook in Wieze wordt geplaatst.



 Luifel Kerkhof Opwijk
 N-VA bestuur
André Segers

15 augustus 2012 : Campagne voeren op de Braderie Lebbeke

zondag 19 augustus 2012

15 augustus 2012 : Campagne voeren op de Braderie Lebbeke




De Braderie van Lebbeke : Half-oogst op 15/08/2012.
Een fantastische dag ! 


 Andre Segers en Paul Moens

 An Vervliet

15 september 2012 : 11de Grote Spaghettizwier t.v.v. 't Wielebelleke

zaterdag 18 augustus 2012


11de Grote Spaghettizwier t.v.v 't Wielebelleke

Zaterdag 15 september 2012 van 17.30u tot 22.00 u

Locatie : Zaal Ons Huis, Leo Duboisstraat - Lebbeke

Spaghetti naar Hartelust : € 8
Rijk gevarieerde koude schotel : € 8
Kindermenu = € 5

Thuisleveringen mogelijk tussen 16.00 en 17.00 op bestelling bij
Hugo De Mol op het nummer : 0473/492372. Kaarten bij de Lokale N-VA Bestuursleden en de kandidaten voor de gemeenteraadsverkiezingen

Georganiseerd door N-VA Denderbelle-Lebbeke-Wieze i.s.m Jong N-VA Lebbeke.   De verantwoordelijke organisator Andre Segers.
Evenement op Facebook : Hier

N-VA Lebbeke stelt zijn kandidaten voor : GR Verkiezingen 14.10.2012

vrijdag 17 augustus 2012

Met genoegen stellen wij u de lijst voor waarmee N-VA Lebbeke naar de verkiezingen trekt op 14.10.2012.

Op de lijst staan 13 mannen en 12 vrouwen ;



Twee kandidaten stonden bij de vorige verkiezingen op de kartellijst CD&V- N-VA, met name Goedele Uyttersprot en Hugo De Mol. Geen enkele van onze  kandidaten stond bij de vorige gemeenteraadsverkiezingen op een anderen lijst !   Wij kunnen rekenen op 23 nieuwe, gemotiveerde, kandidaten . Onder hen een aantal personen die vroeger actief waren in de Volksunie

VRT : Nieuwe kandidaten en ex-VU'ers op N-VA-lijst Lebbeke

donderdag 16 augustus 2012

N-VA Lebbeke in de schijnwerper bij De Redactie (VRT) :
Van de 25 kandidaten, staan er 23 voor het eerst op de lijst van de N-VA in Lebbeke. Ook twee ex-VU'ers dingen mee naar de stem van de plaatselijke kiezer. Volksvertegenwoordiger Karel Uyttersprot trekt de partij naar 14 oktober.



"Samen willen wij gaan voor verandering", sluit ook Karel Uyttersprot zich aan bij de nationale slogan.

"Het is een sterke lijst met gedreven en gemotiveerde kandidaten."

Op plaats twee staat An Vervliet. Zij zal ook op de provincielijst staan. André Segers, voorzitter van de afdeling, krijgt plaats drie toegewezen. Hij benadrukt vooral het werk van de "oude getrouwen" die de jongeren mee op sleeptouw nemen.

Ex-partijleden van de Volksunie Katrien Callaert en Nele Bosman duwen op plaats 23 en 24 de lijst. Goedele Uyttersprot, dochter van de lijsttrekker, krijgt de laatste plaats (25).

Het programma, dat 15 speerpunten zou tellen die "de verandering concretiseren", is nog niet bekendgemaakt.

Ondernemers & Middenstand goed vertegenwoordigd op N-VA lijst Lebbeke

woensdag 15 augustus 2012

N-VA Lebbeke komt naar voor met een sterk programma voor zelfstandigen, middenstand, KMO’s en lokale economie.

Dit programma kwam tot stand in overleg met ondernemers en zelfstandigen.

11-08-2012 : Opening brouwerij ’t Kroontje Denderbelle

dinsdag 14 augustus 2012

Opening brouwerij ’t Kroontje Denderbelle 11.8.2012

Als geboren en getogen Bellenaar was ik blij met de uitnodiging voor deze opening en de lancering van Rebelle. Het lijkt wel een Belle week-end, gisteren de opening van de huldetentoonstelling van Geert De Geyter, en vandaag van Rebelle. Zelf ben ik als bierliefhebber jaren lid geweest van de Dendermondse Objectieve Bierproevers en momenteel ben ik lid van de Parlementaire Bierliefhebbers, een organisatie van parlementairen die de biercultuur een warm hart toedragen.

Wereldwijd is ons land vooral bekend om zijn bier en chocolade, laat dit nu twee producten zijn van dicht bij huis. Bier, en voornamelijk speciaalbieren, zijn voor ons land een bijzonder exportproduct.

Bedankt Els

maandag 13 augustus 2012


N-VA Lebbeke wil Els Sinnaeve danken voor haar inzet als OCMW-mandataris.
Els verhuist naar Dendermonde en zal daar kandidaat zijn op de N-VA lijst.
Naast haar OCMW-mandaat was Els vooral begaan met de speelpleinen te Lebbeke.



Mede onder haar impuls werd een petitie georganiseerd, werden alle speelpleinen in kaart gebracht en werd deze problematiek op de agenda van de gemeenteraad geplaatst.
Vooral het onderhoud en de uitrusting van de speelpleinen werden onder de aandacht gebracht.

N-VA Lebbeke neemt dit dossier op in haar programma van de gemeenteraadsverkiezingen en blijft verder ijveren voor goed uitgebouwde speelterreinen voor onze kinderen.

Als gevolg van haar verhuis – haar ID kaart is sinds gisteren 9.8.2012 officieel in orde-zal zij voor de eerstvolgende OCMW-raad haar mandaat ter beschikking stellen.

Voor N-VA
André Segers, voorzitter
Hugo De Mol, OCMW-raadslid

Willekeur troef bij btw-controle vzw's

zondag 12 augustus 2012

Een vissersclub moet duizenden euro's achterstallige btw betalen omdat ze te veel cola's verkochten. Een gelijkaardige vzw wat verderop blijkt dan weer vrijgesteld van btw. Er wordt met twee maten en twee gewichten gecontroleerd, stelt het Vlaams Studie- en Documentatiecentrum voor vzw's. De fiscus liet begin dit jaar weten strenger te zullen controleren. Meteen schoten tal van kleine sportclubs in een kramp. Ook de inkomsten uit hun jaarlijkse barbecue en pannenkoekenverkoop wordt voortaan geviseerd, en dat zijn ze daar niet gewend. Veel kleine vzw's waren/zijn niet in orde met de wetgeving.

Vaak onbewust. Hun vrees blijkt vandaag gegrond, maar niet voor iedereen. De ene belastingcontrole is de andere niet, zegt het Vlaams Studie- en Documentatiecentrum voor vzw's. "Wij kennen een geval van drie visclubs met gelijkaardige activiteiten en omzet, maar die ongelijk behandeld worden", zegt directeur Demeyere. "Alle drie kregen ze een btw-controle: een vzw blijft vrijgesteld, een vzw moet een btw-nummer aanschaffen vanaf het kwartaal na de controle en bij de derde gaat men drie jaar terug om het verschuldigde bedrag te berekenen." Principieel zijn opbrengsten, gehaald uit activiteiten om 'uitzonderlijke' steun te bekomen, tot op zekere hoogte vrijgesteld van btw. Zolang dit niet het onmiddellijke doel van die vzw is en zo geen concurrentie is voor lokale zaken. De btw-administratie legde in 2002 de drempel op 5.580 euro. Dit is geen wet, maar een richtlijn die ze zelf hanteert. De ontvangsten van de kantine van de lokale voetbalploeg mogen dat bedrag op jaarbasis niet overschrijden. Anders is er btw verschuldigd, tenzij de ontvangsten uit de kantine niet meer dan 10 procent bedragen van alle ontvangsten van een vereniging.

Voorbijgestreefd

Volgens Kamerlid Karel Uyttersprot (N-VA) is die drempel veel te laag. "Sinds 2002 is dat bedrag niet meer aangepast. Het is voorbijgestreefd. Dit zet het vrijwilligerswerk onder druk. Voor kleine verenigingen is hun kantine zowat de enige bron van inkomsten. Als je dan plots 8.000 euro aan achterstallige btw moet betalen. Het kan toch niet dat wie zich belangeloos inzet plots als fraudeur wordt behandeld?" Het Kamerlid mikt op een bedrag tussen 10.000 en 25.000 euro.

© 2012 De Persgroep Publishing

Wetsvoorstel : betreffende de bestrijding van betalingsachterstand

zaterdag 11 augustus 2012

Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 2 augustus 2002 en het koninklijk besluit van 26 september 1996 betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties voor ondernemingen en aanbestedende overheden

Horeca Plan N-VA : Doe je mee ?

vrijdag 10 augustus 2012

De N-VA wil de horeca eindelijk nieuwe kansen geven. Bent u het met deze voorstellen eens en wil u de actie van de N-VA ook persoonlijk versterken?

Prima!

Want: Samen sterk!

Voortaan gaan we dus samen voor de zo noodzakelijke verandering voor de horecasector.

U kunt hier uw contactgegevens achterlaten.


Alvast bedankt voor uw steun en sympathie!

N-VA-mandatarissen volgen de horeca-dossiers

woensdag 8 augustus 2012



N-VA-mandatarissen volgen de horeca-dossiers van nabij.
Hieronder vindt u een kort overzicht van hun recente parlementaire werk: actuele vragen in het halfrond, schriftelijke vragen aan de bevoegde minister, wetsvoorstellen.

Raf De Wolf op lijst N-VA

dinsdag 7 augustus 2012

Raf De Wolf (38) uit de Binnenstraat in Lebbeke zal bij de komende gemeenteraadsverkiezingen op de lijst van N-VA een plaats innemen. De man is in Lebbeke vooral bekend als mede-oprichter en bestuurslid van de vereniging Lebbeke Bruist.

Hij was ook actief als voetballer bij KSK Lebbeke en FC Wieze, waar hij ook nog enkele jeugdploegen trainde. Momenteel is Raf spelend lid van minivoetbalclub 't Voetlicht en tennist hij bij Hof ter Burst. Zijn partner is Cathy De Wolf, wiens ouders nog café 't Oud Gemeentehuis uitbaatten. "Lokale economie, jeugd en sport liggen mij erg nauw aan het hart", zegt hij.

"Hiervoor wil ik mij dan ook ten volle engageren." N-VA Lebbeke is verheugd met de kandidatuur van De Wolf. "Hij is een actieve ondernemer in de letterlijke zin van het woord: hij heeft zijn eigen bedrijf en is initiatiefnemer van tal van maatschappelijk relevante projecten", zegt voorzitter André Seghers. (DND)

Nele Dooms - Het Laatste Nieuws - Regio Dendermonde - 27 juli 2012

De Standaard : Belgisch minimumloon in EU-top

maandag 6 augustus 2012

Gelezen in De Standaard van 04 augustus 2008 :


BRUSSEL - Het Belgische minimumloon is, na het Luxemburgse, het hoogste van Europa. Het Belgische minimumloon is het op een na hoogste van Europa, zegt Eurostat, de statistische dienst van de Europese Unie. 

In België bedraagt het bruto minimumloon voor 21-plussers 1.472 euro. Alleen in Luxemburg ligt het bedrag hoger: daar is het 1.801 euro. Van de andere buurlanden doen Nederland en Frankrijk met respectievelijk 1.456 en 1.426 euro nauwelijks onder voor ons land. Het laagste minimumloon binnen de EU is te vinden in Bulgarije. Daar bedraagt het 148 euro per maand.

De kloof tussen het hoogste en het laagste minimumloon is dus erg groot, maar wordt kleiner als rekening gehouden wordt met de koopkracht in elk land. Voor 148 euro kun je in Bulgarije immers meer kopen dan in België. Als die factor in rekening gebracht wordt, is het hoogste minimumloon vijf keer zo hoog als het laagste, in plaats van twaalf keer. België staat dan zijn tweede plaats af aan Nederland en verhuist naar de derde stek.

Ook interessant is het om na te gaan hoe het minimumloon zich verhoudt tot het gemiddelde loon van het land. In deze lijst staat Griekenland verrassend aan de top. Het wettelijk minimumloon bedraagt er 684 euro, wat 50,1 procent is van het gemiddelde loon. België zakt in deze lijst naar de achtste plaats, met 44,7 procent.

Opmerkelijk is dat de Verenigde Staten op deze lijst nog slechter scoren dan het slechtste EU-land, Roemenië. Wie in Roemenië het minimumloon verdient, krijgt 32,3 procent van het gemiddeld verdiende loon in dat land. In de VS is dat 31,4 procent.
Hierna de opsomming van hoog naar laag :

Luxemburg : 1.801 eur 
België : 1.472 eur  
Ierland : 1.462 eur 
Nederland : 1.456 eur 
Frankrijk : 1.426 eur
Groot-Brittannië : 1.244 eur 
--------------------------------------------------  +1200 eur
Duitsland : geen
Zwitserland : geen (?)
Oostenrijk : geen
Italië : geen
--------------------------------------------------  + ???
Slovenië : 763 eur
Spanje : 748 eur
--------------------------------------------------  +700 eur
Griekenland : 684 eur
--------------------------------------------------  +600 eur
Portugal : 566 eur  
--------------------------------------------------  +500 eur
Turkije : 412 eur
--------------------------------------------------  +400 eur
Kroatie : 374 eur
Polen : 353 eur
Slovakije : 327 eur
Hongarije : 323 eur
Tsjechie : 312 eur
--------------------------------------------------  +300 eur
Estland : 290 eur 
Letland : 287 eur 
Litouwen : 232 eur 
--------------------------------------------------  +200 eur
Roemenië : 157 eur 
Bulgarije : 148 eur

Wetsvoorstel betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties voor ondernemingen en aanbestedende overheden.

Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 2 augustus 2002 en het koninklijk besluit van 26 september 1996 betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties voor ondernemingen en aanbestedende overheden.

Betalingsachterstand is in essentie een vorm van contractbreuk, die door lage verwijlintresten en trage invorderingsprocedures voor schuldenaren financieel aantrekkelijk is geworden. De indieners van dit wetsvoorstel wensen door het nemen van een aantal structurele maatregelen een stipte betalingscultuur te bewerkstelligen.

Toelichting

Dit wetsvoorstel wijzigt de wet van 2002 betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties en het KB van 1996 betreffende de algemene aannemingsvoorwaarden voor overheidsopdrachten zodanig dat de bestaande wetgeving in lijn wordt gebracht met de EU- Richtlijn 2011/07/EU, die op zijn beurt de oude EU- Richtlijn 2000/35/EG opheft. Het toepassingsgebied van dit wetsvoorstel bestrijkt zowel handelstransacties tussen ondernemingen als tussen ondernemingen en aanbestedende overheden.

Wanneer marktdeelnemers op de interne markt goederen en diensten aan andere ondernemingen of overheidsinstanties leveren, gebeurt dit meestal op basis van uitgestelde betaling. Hierbij kent de leverancier de afnemer een betalingstermijn toe die door de partijen is overeengekomen, in de factuur van de leverancier is vermeld, of wettelijk is vastgesteld. Veel betalingen voor handelstransacties tussen ondernemingen of tussen ondernemingen en overheidsinstanties worden echter later verricht dan contractueel is overeengekomen of in de algemene handelsvoorwaarden is vastgelegd. Hoewel de goederen zijn geleverd of de diensten zijn verricht, worden de desbetreffende facturen veelal ruim na het verstrijken van de betalingstermijn voldaan. Zo werd in 2011 in het Belgische bedrijfsleven slechts 64% van de bedrijfsfacturen tijdig betaald, en ruim 10% van de facturen met 90 dagen vertraging of zelfs niet meer gehonoreerd. Het betaalgedrag bij de overheid biedt met een betalingsstipheid van 78% zeker nog marge voor verbetering.

Betalingsachterstand blijft niet zonder gevolgen voor de schuldeiser. De nalatigheid heeft een negatieve uitwerking op de liquiditeit en bemoeilijkt het financiële beheer van ondernemingen. Zij ervaren soms hoge lasten om de betaling van verschuldigde facturen via gerechtelijke weg af te dwingen. Bovendien heeft betalingsachterstand, wanneer de schuldeiser als gevolg van hiervan externe financiering nodig heeft, gevolgen voor het concurrentievermogen en de winstgevendheid van de schuldeiser. Zeker in een moeilijk en onzeker economisch klimaat, wanneer de toegang tot financiering per definitie lastiger is, neemt het risico op negatieve gevolgen sterk toe. 

Schuldeisende ondernemingen hebben daarom nood aan een helder wettelijk kader dat ingekorte en geharmoniseerde betalingstermijnen vooropstelt. Om de termijnen ook haalbaar te maken in de praktijk, én om achterstanden beter te kunnen bestrijden, is eveneens een verbetering van de bestaande inningsprocedure vereist. Zo dient de onderneming, eenmaal het vonnis is uitgesproken, momenteel vaak wekenlang te wachten op de expeditie van het vonnis, alvorens te kunnen overgaan tot de betekening ervan.

Artikel 15 van het KB van 1996 legt de huidige wetgeving inzake betalingstermijnen voor overheidsopdrachten vast. Zowel voor (1) het verlenen van diensten als voor (2) het leveren van goederen bedraagt de termijn in de regel 50 kalenderdagen. Inzake (3) openbare werken wordt een onderscheid gemaakt tussen eenmalige betalingen en tussentijdse betalingen. Enerzijds zijn er de tussentijdse betalingen, waarbij de overheid vanaf de ontvangst van de schuldvordering momenteel beschikt over een betaaltermijn van 60 kalenderdagen. Anderzijds, ingeval van een saldobetaling of een betaling in één keer, beschikt de overheid een zogenaamde ‘takentermijn’ van 30 kalenderdagen waarbinnen ze de ingediende factuur moeten verifiëren/controleren. Vanaf dag 31 beschikt de overheid dan nog over een betaaltermijn van 60 kalenderdagen.

Dit wetsvoorstel voorziet in de implementatie van de Richtlijn 2011/07/EU, die reeds op 16 februari 2011 werd gestemd in het Europees Parlement. De nieuwe richtlijn beperkt de betaaltermijn voor alle handelstransacties tot 30 dagen. Onder enkele specifieke omstandigheden kunnen overheidsinstanties binnen de commerciële of gezondheidszorgsfeer de termijn contractueel verlengen tot een maximum van 60 dagen. Overeenkomstig art. 4, §6 van de Richtlijn mag de betalingstermijn in geen geval langer zijn dan 60 kalenderdagen. De ‘takentermijn’ mag in principe niet langer duren dan 30 dagen, maar de overheid kan die termijn contractueel verlengen, op voorwaarde dat die verlening niet kennelijk onbillijk is voor de handelaar. Dit begrip ‘kennelijk onbillijk’ is evenwel een vaag begrip, waardoor de overheid over een ruime interpretatiemarge beschikt om alsnog haar betalingstermijn te rekken.

Daarnaast wensen we ook te verwijzen naar de Small Business Act (2008), waarin de Europese Commissie benadrukt dat de toegang tot financiering voor KMO ’s moet worden vergemakkelijkt, en een juridisch en commercieel kader moet worden geschapen dat een tijdige betaling bevordert.

De indieners van dit voorstel geloven dat de overheid hierin een voorbeeldfunctie dient te vervullen. Lange betalingstermijnen en betalingsachterstanden door overheidsinstanties voor geleverde goederen en diensten leiden immers tot ongerechtvaardigde kosten voor de ondernemingen. Het inperken en afdwingbaar maken van die termijnen moet misbruik van contractvrijheid ten nadele van de schuldeiser aan banden leggen. De gevolgen voor betalingsachterstand kunnen slechts ontmoedigend werken indien zij vergezeld gaan van snelle en voor de schuldeiser efficiënte invorderingsprocedures. Wij stellen daarom een harmonisering van de bestaande betaaltermijnen voor, waarbij de overheid in het vervolg dezelfde engagementen huldigt als de private en particuliere schuldenaars. Wij menen dat deze eis legitiem is, o.m. omdat de inkomensstromen van overheidsinstanties immers doorgaans gekenmerkt door een grotere zekerheid, voorspelbaarheid, en continuïteit dan die van ondernemingen.

Concreet installeert dit wetsvoorstel het algemene principe dat alle facturen voor levering van goederen en diensten binnen de 30 kalenderdagen worden betaald. Het toepassingsgebeid bestrijkt alle handelstransacties, zowel tussen ondernemingen als tussen ondernemingen en aanbestedende overheden. Ook vrije beroepen en openbare werken vallen dus onder deze wet. In één welbepaald geval kan de ‘reguliere’ betaaltermijn van 30 kalenderdagen nog verlengd worden, namelijk wanneer een procedure van aanvaarding of controle ter verificatie vereist is. Deze ‘takentermijn’ duurt maximaal 30 kalenderdagen, waarna de ‘reguliere’ betaaltermijn van 30 dagen begint te tellen.

Niettemin blijven de betrokken partijen steeds uitdrukkelijk over de mogelijkheid beschikken om, zowel voor de ‘reguliere’ termijn als de ‘takentermijn’ onderling een langere betalingstermijn overeen te komen, voor zover deze langere termijn niet kennelijk onbillijk jegens de schuldeiser is. In geen geval kan de totale betalingstermijn, die de som is van beide componenten, de periode van 60 kalenderdagen overschrijden. Immers, overeenkomstig Art. 12, §3 mogen de lidstaten bepalingen vastleggen die gunstiger zijn voor de schuldeiser dan de richtlijn voorschrijft.

Naast het inperken van de termijnen zijn ook een aantal flankerende maatregelen nodig die de inningsprocedure optimaliseren.

Ten eerste voorziet dit wetsvoorstel in de automatische en kosteloze aflevering van de expeditie bij het uitspreken van het vonnis om vlotter tot de betekening van het vonnis over te kunnen gaan.

Ten tweede moeten ondernemingen overal onder zodanige omstandigheden zaken kunnen doen dat grensoverschrijdende transacties geen grotere risico’s met zich meebrengen dan binnenlandse transacties. Wanneer voor binnenlandse en grensoverschrijdende transacties wezenlijk verschillende regels van toepassing zijn, is er immers sprake van concurrentievervalsing. Daarom past dit wetsvoorstel onverwijld Verordening (EG) nr. 1896/2006 toe die voorziet in een procedure van betalingsbevel, wat de invordering van onbetwiste geldvorderingen in België moet versnellen (zie ook DOC 52 1287/001 op www.dekamer.be). 

Ten derde lijnen we de interpretatiemarge van de term ‘kennelijk onbillijk’ beter af. Zowel de expliciete uitsluiting van het recht om intrest in rekening te brengen alsook de uitsluiting van het recht op vergoeding van invorderingskosten wordt in het vervolg als een kennelijk onbillijke praktijk te beschouwen.

Wanneer de betalingstermijn niet gerespecteerd wordt, heeft de schuldeiser de mogelijkheid om, zonder voorafgaande kennisname, de wettelijke intrest in rekening te brengen. Aangezien de indieners van dit wetsvoorstel een stipte betalingscultuur willen bewerkstelligen, wordt overeenkomstig Art. 2 zesde lid van de Richtlijn, het vermeerderingspercentage van 7 naar 8 procent opgetrokken.  Dit percentage, opgeteld met de referentie- intrestvoet, geeft ons de wettelijke intrest voor betalingsachterstand. 

Ten vijfde moeten schuldeisers een redelijke schadeloosstelling ontvangen voor de invorderingskosten die aan betalingsachterstand toe te schrijven zijn. Deze rekening voor schadevergoeding omvat, overeenkomstig art. 6 van de Richtlijn, een vast bedrag van 40 euro. Deze vergoeding voor invorderingskosten, bestaande uit o.a. de administratiekosten en interne kosten, is zonder aanmaning verschuldigd aan de schuldeiser. Daarnaast kan de schuldeiser ook een variabel bedrag toegekend worden voor de extra geleden schade.

Wetsvoorstel

Art. 1.

Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet.


Art. 2.

Het tweede lid van artikel 1, van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties, wordt geschrapt en vervangen door:

“Zij brengt de beginselen ten uitvoer van de richtlijn 2011/7/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 2011 betreffende bestrijding van betalingsachterstandbij handelstransacties.”


Art. 3.

Artikel 2 van diezelfde wordt gewijzigd en aangevuld als volgt:

1° Het derde lid wordt geschrapt en vervangen door:

“ 3. ‘overheidsinstantie’: elke aanbestedende overheid, als bedoeld in de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten “

2° Volgende leden worden toegevoegd:

“ 6. ‘betalingsachterstand’: een betaling die niet is verricht binnen de contractuele of wettelijke betalingstermijn als bepaald in artikel 4 en waarbij de schuldeiser aantoont dat hij zijn contractuele en wettelijke verplichtingen heeft vervuld en hij het verschuldigde bedrag niet op tijd heeft ontvangen, tenzij de schuldenaar niet verantwoordelijk is voor de vertraging in de betaling;
7. ‘interest voor betalingsachterstand’: de wettelijke interest voor betalingsachterstand of tussen ondernemingen overeengekomen interest, rekening houdende met artikel 7;
8. ‘wettelijke intrest voor betalingsachterstand’: de enkelvoudige interest voor betalingsachterstand, overeenkomend met de referentie- interestvoet, vermeerderd met ten minste acht procentpunten;
9. ‘verschuldigd bedrag’: de hoofdsom die binnen de contractuele of wettelijke betalingstermijn had moeten worden voldaan, inclusief toepasselijke belastingen rechten, heffingen of kosten als vermeld in de factuur of in een gelijkwaardig verzoek tot betaling;
10. ‘eigendomsvoorbehoud’: contractuele afspraak volgens welke de verkoper eigenaar blijft van de goederen in kwestie totdat de prijs volledig is betaald. “

Art. 4.

Aan artikel 4, 3° van dezelfde wet wordt de volgende zin toegevoegd:

“ Deze procedure van aanvaarding of controle duurt maximaal 30 kalenderdagen, en begint te tellen vanaf het moment van de ontvangst van het verzoek tot betaling door de schuldenaar. “

Art. 5.

Aan artikel 4 van dezelfde wet wordt een laatste lid toegevoegd:

“In afwijking hiervan kunnen partijen uitdrukkelijk zelf een andere termijn onderling overeenkomen indien daarbij geen sprake is van kennelijke onbillijkheid jegens de schuldeiser als bedoeld in artikel 7 van deze wet.”

Art. 6.


In artikel 5 van dezelfde wet wordt “zeven” geschrapt en vervangen door “acht”.

Art. 7.

In de eerste zin van artikel 6 van dezelfde wet wordt tussen “alle” en “invorderingskosten” “relevante” geschrapt en vervangen door “ontstane”.

Art. 8.


Aan artikel 6  van diezelfde wet wordt na de eerste zin de volgende passage toegevoegd:

“Deze vergoeding voor redelijke schadeloosstelling bestaat uit een vast bedrag van minstens 40 euro dat de schuldeiser mag invorderen wanneer bij handelstransacties intrest voor betalingsachterstand verschuldigd is. Deze vergoeding voor invorderingskosten is zonder aanmaning verschuldigd aan de schuldeiser. Daarnaast kan de schuldeiser aanspraak maken op een variabel bedrag dat, voor alle door de betalingsachterstand ontstane invorderingskosten welke dat vast bedrag te boven gaan, omvat.“

Art. 9.

Aan artikel 7  van diezelfde wet wordt na de eerste zin de volgende passage toegevoegd:

“Als kennelijk onbillijk worden onder andere die praktijken verstaan, die de schuldeiser expliciet uitsluiten om het recht om intrest op betalingsachterstand in rekening brengen, alsook om het recht om vergoeding van invorderingskosten in rekening te brengen.“

Art. 10.


Na artikel 7  van diezelfde wet wordt een laatste lid toegevoegd:

“ De verkoper blijft eigenaar van de goederen tot de prijs volledig is betaald in het geval er tussen koper en verkoper voor de levering van de goederen uiterlijk een beding van eigendomsvoorbehoud is overeengekomen.”

Art. 11.

In artikel 15, §1, 3° van het Koninklijk Besluit van 26 september 1996 betreffende de Algemene aannemingsvoorwaarden voor overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor concessies voor openbare werken, wordt “zestig” geschrapt en vervangen door “dertig”.

Art. 12.

In artikel 15, §2, 1° van hetzelfde koninklijk besluit wordt “vijftig” geschrapt en vervangen door “dertig”.

Art. 13.

In artikel 15, §2, 2° van hetzelfde koninklijk besluit wordt “vijftig” geschrapt en vervangen door “dertig”.

Art. 14.

In artikel 15, §3 van hetzelfde koninklijk besluit wordt de passage “vijftig, zestig en negentig” geschrapt en vervangen door “dertig”.

Art. 15.

In artikel 15, §4 van hetzelfde koninklijk besluit wordt in de vierde zin “zeven” geschrapt en vervangen door “acht”.

Art. 16.

In artikel 15, §4 van hetzelfde koninklijk besluit wordt na de vijfde zin de volgende passage ingevoegd:

“Als kennelijk onbillijk worden onder andere die praktijken verstaan, die de schuldeiser expliciet uitsluiten om het recht om intrest op betalingsachterstand in rekening brengen, alsook om het recht op vergoeding van invorderingskosten in rekening te brengen.“

Art. 17.

In artikel 15, §4 van hetzelfde koninklijk besluit wordt de volgende passage geschrapt:

“De intrest is alleen verschuldigd indien hij ten minste vijf euro bedraagt per betaling uitgevoerd overeenkomstig de contractuele bepalingen.”

Deze passage wordt vervangen door:

“In geval van betalingsachterstand heeft de schuldeiser recht op een vergoeding voor redelijke schadeloosstelling. Deze vergoeding voor invorderingskosten bestaat enerzijds uit een vast bedrag van minstens 40 euro dat zonder aanmaning aan de schuldeiser verschuldigd is. Anderzijds kan de schuldeiser aanspraak maken op een variabel bedrag dat, voor alle door de betalingsachterstand ontstane invorderingskosten welke dat vast bedrag te boven gaan, omvat.“

Art. 18.

Aan artikel 18 van hetzelfde koninklijk besluit wordt een §4 toegevoegd:

“§4. Nadat de bevoegde rechter het vonnis uitspreekt over de ingestelde schuldvordering, staat de griffier van het rechtscollege in voor de automatische en kosteloze aflevering van de expeditie aan de betrokken partijen in het geding, om zonodig onverwijld te kunnen overgaan tot de betekening van de beslissing.”

Art. 19.

Aan artikel 10 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties wordt een laatste zin toegevoegd:

“Nadat de bevoegde rechter het vonnis uitspreekt over de ingestelde schuldvordering, staat de griffier van het rechtscollege in voor de automatische en kosteloze aflevering van de expeditie aan de betrokken partijen in het geding, om zo nodig onverwijld te kunnen overgaan tot de betekening van de beslissing.”


Karel Uyttersprot (N-VA)

Brussel, 19 juni 2012



Horeca : N-VA in de pers

zondag 5 augustus 2012

Horeca Vlaanderen
“Ook het rookverbod en de terrassen blijft op de agenda staan in de Wetstraat. Kamerlid Jan Van Esbroeck (N-VA) stelt in de Kamercommissie Volksgezondheid voor de wet op het rookverbod te laten aanpassen.

N-VA stelt kop en staart van lijst gemeenteraadsverkiezingen voor

zaterdag 4 augustus 2012

De N-VA van Lebbeke heeft de kop en staart van haar lijst voor de komende gemeenteraadsverkiezingen in oktober bekend gemaakt.



Horeca Plan : Zes voorstellen

vrijdag 3 augustus 2012

TEWERKSTELLING

Een brede versoepeling van de mogelijkheden voor tewerkstelling in de sector
Verdere versoepeling van de studentenarbeid (met een pakket van 400 uren in plaats van 50 dagen).
Betere kansen voor het inzetten van de extra’s op specifieke piekmomenten en versoepeling van de gelegenheidsarbeid, zeker voor meewerkende familieleden.

PROFESSIONALISERING

Verdere professionalisering, met nieuwe impulsen voor vorming en opleiding
Kandidaat-uitbaters verdienen stevig juridisch en boekhoudkundig advies vooraleer ze hun zaak starten. De faillissementsgraad moet dalen.
Verder versterken van de horeca-opleidingen, georganiseerd door de sector.
Aanpassen en moderniseren van de vestigingswet om een restaurant te starten, met stimulansen om bijkomende opleidingen te volgen.

ADMINISTRATIEVE VEREENVOUDIGING

Eindelijk een ernstige administratieve vereenvoudiging
Uitbouw van een uniek horecaloket dat de toegang tot alle overheidsdiensten in één beweging bundelt.
Eén basisinspectie waarbij één horeca-inspecteur de controle op arbeid, hygiëne en alle documenten groepeert.

TRANSPARANTE CONTRACTEN

Verder werken aan meer transparantie in contracten van brouwerijen en leveranciers
Meer transparantie inzake de prijsvorming van brouwerijcontracten en duidelijkheid over de specifieke rol van de leverancier, de verhuurder dan wel de financier.
Wie een zaak opstart, moet verplicht door iemand uit de horecasector worden bijgestaan bij het afsluiten van een contract.

AFBOUW FISCALE VERSCHILLEN

Nieuwe stappen in de afbouw van fiscale verschillen en nadelen
Na invoering van het elektronisch kasregister (1 juli 2013): verdere administratieve vereenvoudiging en verdere verlaging van de btw naar 12 procent, ook voor dranken.
Specifieke investeringsaftrek om de impact van het rookverbod beter te begeleiden.

VOEDSELVEILIGHEID

Duidelijke, maar ook realistische maatregelen voor de voedselveiligheid
Wie een vestigingsattest heeft, draagt eveneens de eindverantwoordelijkheid in de zaak.
Ook nevenkeukens (verhuurkeukens, parochiezalen, …) moeten worden gecontroleerd.
Inspecties moeten de horeca-ondernemer allereerst motiveren en belonen bij goede resultaten. Bij problemen moeten inspecteurs probleemoplossend coachen. Opeenvolgende negatieve resultaten moeten leiden tot duidelijke sancties.
Sterker stimuleren van systemen van autocontrole, met een betere en doeltreffende opvolging.
Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) moet ook voorafgaand aan de opening van een horecazaak inspecties voeren.

Geef de horeca nieuwe kansen

woensdag 1 augustus 2012

 Geef de horeca nieuwe kansen

 Wat zegt de sector - de horeca - over de problemen ?


“Iedere klant mag eens bij mij langkomen om te zien hoe groot de papierberg is waar ik me moet doorheen worstelen. Van rust is nooit sprake. Attesten, keuringen, vergunningen, … : het houdt echt nooit op. In plaats van te focussen op onze klanten zijn we urenlang met paperassen bezig. Collega-hoteliers die ook een restaurant uitbaten hebben het zelfs nog moeilijker.”
Andy Bonheure, hotel Botaniek, Brugge



“Veel collega’s hebben het niet altijd makkelijk met hun brouwerijcontracten. De beide partijen moeten open kaart kunnen spelen. Een zeer strenge exclusiviteit van drankafname leidt er bijvoorbeeld toe dat je als uitbater je klanten al eens moet ontgoochelen. Niemand vindt dit leuk. Zeker niet in een sector waar de klant voortdurend koning hoort te zijn.”
Marcel Van Looy, café ’t Elfde Genot, Sint-Niklaas



“Ik vind het logisch dat de overheid de consument beschermt en dus ook controles voor de volksgezondheid uitvoert. Al kunnen die controles op een andere, betere en vooral efficiëntere manier worden opgezet. Wie in de fout gaat, krijgt best meteen heel concreet advies om de moeilijkheden aan te pakken en op te lossen.”

Nabilla Ait Daoud, broodjeszaak Tramezzini, Antwerpen



“Bij starters in de horeca ligt het aantal faillissementen jammer genoeg hoog. Daarom alleen al is het belangrijk dat wie nieuw begint, tijdig goed en gedegen advies krijgt. Ook naschoolse opleidingen blijven belangrijk. De sector zelf ontwikkelt al jaren een breed opleidingsaanbod. Ik vind dat zeer goed. Want méér professionalisering leidt per definitie tot méér kwaliteit.”
Kelly Verheyden, bistro Poeskaffee, Lier



“Ach, ik heb het al zo vaak gehoord. Men wil de horeca steunen door de btw-voet te verlagen. Dat men dat dan verdorie eindelijk eens doet. Met de verplichte invoering van de nieuwe elektronische kassa’s (zomer 2013) is het nu of nooit. Na de verlaging van de btw op voeding, moet ook de btw op dranken naar omlaag. De bal ligt in het kamp van de regering-Di Rupo. Wil men nu eindelijk woord houden!?”
Ann Leyssens, frituur-restaurant Stefan en Ann, Heusden-Zolder



“Horecapersoneel vlot en gepast inzetten wordt meer en meer een probleem. Dat we bij manifestaties of bij prachtig weer forse piekmomenten kennen, dat weet iedereen. Toch is het net dan bijzonder moeilijk om extra personeel in te zetten. Jammer voor onze klanten, voor onszelf als ondernemer, maar ook voor medewerkers die echt willen werken.”
Peter Geeurickx, Peters’ Resto, Opwijk

 

Karel Uyttersprot (soms) On Twitter

Goeie Vlaamse Twitteraars

De verandering begint in Denderbelle - Lebbeke - Wieze

 

DENKEN–DURVEN–DOEN




Dagelijks worden wij geconfronteerd met de problemen en zorgen van ondernemers, medewerkers, werkzoekenden, ... Dit zette mij aan het denken.

In plaats van langs de zijlijn te blijven staan, heb ik een boeiende job opzij gezet om via de politiek mee te timmeren aan een beleid van durven.

Als oplossing om uit de puinhoop te geraken, ben ik van oordeel dat een grondige staatshervorming dringend nodig is om zo de problemen, zoals een drastische hervorming van justitie, werkgelegenheid en jobs, echt betaalbare pensioenen, veiligheid en ondernemerschap, ... aan te pakken.
Dit wil ik doen.

Berichtenarchief