Wet op Continuïteit Ondernemingen

dinsdag 17 juli 2012

De opvolger van het gerechtelijk akkoord, de wet op de continuïteit voor ondernemingen (WCO), trad in 2009 in werking. Intussen deden ruim 3 900 bedrijven in moeilijkheden er een beroep op. Maar opvallend: 70 procent van de aanvragers van de WCO gaat binnen de twee jaar toch failliet… Een grondige bijsturing dringt zich op.

De WCO moet ondernemingen die tijdelijk in financiële moeilijkheden zitten, zuurstof geven. Doel: de economische activiteit en de tewerkstelling vrijwaren én het aantal faillissementen terugdringen. Een nobel streven, dus. Maar de huidige wet deugt te weinig: nooit eerder gingen in België meer ondernemingen failliet dan in 2011. Het waren er welgeteld 11 000. Voor de eerste zes maanden van dit jaar staat de teller op 5 558 faillissementen: dat is drie procent meer dan vorig jaar.

Ondertussen rollen de eerste evaluaties van de WCO binnen: middenveldorganisaties - VBO, UNIZO en de Orde van Vlaamse Balies - stellen, onafhankelijk van elkaar, drie knelpunten vast: de toegang tot de wet, de procedures en het oneigenlijk gebruik van de WCO.

De WCO houdt de drempel voor de gerechtelijke reorganisatie inderdaad bewust laag. Daardoor kunnen ook bedrijven met een kleine kans op overleven er een beroep op doen. Onrendabele ondernemingen worden zo kunstmatig in stand gehouden. De kosten worden afgewenteld op de schuldeisers, dikwijls KMO’s, die amper aanspraak kunnen maken op hun rechtmatige inkomsten uit verkoop.

Daarnaast bestaat er geen eenduidige interpretatie van de WCO bij de gerechtelijke arrondissementen. In de praktijk verbindt de ene rechter meer soepele voorwaarden aan de toekenning van de WCO dan de andere. Ik ken gevallen waarbij ook kleine eenmanszaken een beroep doen op de WCO-procedure om aankopen niet te moeten betalen, terwijl dit nochtans niet het doel van de wetgever was. Bedrijven roepen de WCO ook in als vertragingsmiddel om hun activa te versluizen vooraleer de schuldeisers er beslag op kunnen leggen.

Misbruiken

Dergelijke misbruiken schenden de rechten van de schuldeiser en werken concurrentievervalsing in de hand. In de transportsector, bijvoorbeeld, gaan firma’s zware financiële engagementen aan bij het aankopen van vrachtwagens. Om een faillissement te vermijden doen ze een beroep op de WCO. Willens nillens brengt de WCO dus KMO’s, die aan marktconforme prijzen werken en zich aan de regels houden, in moeilijkheden.

De grafische sector, nog zo’n voorbeeld, kampt al jaren met overcapaciteit. De WCO wordt er als drukkingsmiddel aangegrepen om schulden niet terug te moeten betalen. Bij de papierleveranciers verloren sinds 2009 vier toeleveranciers elf miljoen euro (!) door de toepassing van de WCO. Er moet niet veel meer gebeuren of ook deze gezonde bedrijven komen in moeilijkheden.

Dat de WCO aanzet tot oneigenlijk gebruik, staat dus als een paal boven water. Maar we mogen het kind niet met het badwater weggooien. Ik pleit voor een nieuw parlementair debat om een aantal beleidsopties tegenover elkaar af te wegen. Ik betreur ook dat de minister geen concrete cijfers inzamelt over de financiële gevolgen van de WCO voor de KMO’s die als leverancier telkens slachtoffers zijn. Een beleid kan maar doeltreffend geëvalueerd worden als ook de effecten ervan in kaart worden gebracht. De N-VA dringt erop aan om, drie jaar na de implementatie van de wet op de continuïteit voor ondernemingen, een grondige evaluatie te maken en de wet ook bij te sturen waar dit nodig blijkt.

Comments

0 Responses to "Wet op Continuïteit Ondernemingen"

Een reactie posten

Karel Uyttersprot (soms) On Twitter

Goeie Vlaamse Twitteraars

De verandering begint in Denderbelle - Lebbeke - Wieze

 

DENKEN–DURVEN–DOEN




Dagelijks worden wij geconfronteerd met de problemen en zorgen van ondernemers, medewerkers, werkzoekenden, ... Dit zette mij aan het denken.

In plaats van langs de zijlijn te blijven staan, heb ik een boeiende job opzij gezet om via de politiek mee te timmeren aan een beleid van durven.

Als oplossing om uit de puinhoop te geraken, ben ik van oordeel dat een grondige staatshervorming dringend nodig is om zo de problemen, zoals een drastische hervorming van justitie, werkgelegenheid en jobs, echt betaalbare pensioenen, veiligheid en ondernemerschap, ... aan te pakken.
Dit wil ik doen.

Berichtenarchief